Deel 2: Het verhaal 10-voudig IMBA kampioen EDDY NUYTS.

Vandaag, Deel 2 van het verhaal 10-voudig IMBA kampioen EDDY NUYTS.
In geuren en kleuren, in dit deel van 1992 tot 1996 en nog erna nog enkele mekaniekerscrossen.

Foto’s ons aangeleverd van zijn carrière door Eddy klik u HIERZO


(Foto IMBA Duitsland Kassel-Spessart)

Na enkele jaren (’92 &’93) BMB besloot je terug de overstap naar BLM en met Danny Goethals als passagier?
Eind 1993 besloot ik om te stoppen met de GP. Het was voor mij eigenlijk te kostelijk en te moeilijk te combineren met het werk. Ook te weinig wedstrijden omdat je niet mocht starten in België bij liefhebbersbonden, er weinig contracten waren voor andere wedstrijden en bovendien bijna altijd ver weg. Zeker ook de aanhoudende problemen met pijnlijke polsen en het team dat weer eens uiteen viel.

(Foto start IMBA 1994 Rijkevorsel)

Dus 1994 terug naar BLM. Door bemiddeling van Fons Van Opstal en zijn vrouw Christiane, kwam ik in contact met bakkenist Danny Goethals. We besloten om samen te gaan rijden. Ook kwam Jef Van Lommel mee als mechanieker in onze ploeg. Net als Rob Van Den Bempt en mijn achterbuur Ludo Wouters. Dat bleek een schot in de roos als we daar op terug kijken. Het klikte allemaal zeer goed samen en iedereen was gemotiveerd. Samen met mijn familie, nl mijn ouders, mijn vrouw Wieza, en het ganse team, deed iedereen wat hij kon. Ik had toen bijzonder veel steun van ieder er in betrokken. Het klopte in de omgang, op logistiek vlak en op sportief vlak. De 4 jaren die volgden waren volgens mij de beste uit mijn zijspancrossperiode.
Met Danny Goethals behaalde je uw 4 laatste IMBA titels (van’94 tot’97) bij de zijspannen, bijna elk jaar liep de start niet zoals verwacht?
Ondermeer een armbreuk, jaar erna derde knie operatie en in 1997 ondanks sleutelbeen breuk één week voor een IMBA wedstrijd die je wel reed meteen na een operatie?
Het begon nochtans slecht in 1994. Op 2 januari 1994 op een winterwedstrijd in Reek (Nederland), kwam ik in de start ten val omdat iemand voor mij in de modder blokkeerde. We vielen eigenlijk bijna stilstaand gewoon om naar links, maar ik werd op mijn linkerarm aangereden. Ik voelde onmiddellijk dat die gebroken was. Ik werd zo snel mogelijk geopereerd door mijn neef Dr Rudy Nuyts. Dan volgde een pijnlijke revalidatie en op 20 februari stonden we zonder voorbereiding en met een nog pijnlijke, zwakke en zwaar ingetapede pols aan de start van de wedstrijd in Hechtel. We wilden ons graag kwalificeren voor de IMBA wedstrijden en dienden daarvoor goed te presteren in de kwalificatiewedstrijden. Eerste reeks 4de. Tweede reeks vielen we echter uit met kapotte versnellingsbak! Toen leek kwalificatie veraf. In de resterende wedstrijden werd het hard bikkelen om ons doel te halen, wat zeer nipt lukte.
De rest van het seizoen verliep prima en we haalden de triple binnen, Belgisch kampioen BLM, FAM en IMBA kampioen. Dat hebben we toen goed gevierd in de winter met een etentje met kadootjes voor alle teamleden.
Na het seizoen 1994 werd ik terug geopereerd aan de linkerarm om de plaat om de breuk te fixeren er terug uit te halen. We konden dus in 1995 goed voorbereid beginnen. Enkel het nieuwe frame kregen we begin van het seizoen niet naar mijn goesting. We reden wel redelijk goede resultaten maar het kon beter. Enkele veranderingen brachten niet het gewenste gevoel voor mij en Danny. De eerste FAM wedstrijd in St-Lenaerts kwamen we hard ten val in de afzink. Ik had me fel bezeerd en kon aanvankelijk geen adem halen. Pas na lange tijd reden we verder maar haalden geen punten. Gelukkig geen breuken. Nadien greep ik terug naar het frame van 1994 en draaiden we terug op volle toeren. Het ging niet altijd zonder pech, zoals b.v. in de proef te Betekom waar we één reeks geen punten haalden voor het BK. Dat kampioenschap werd fel betwist dat jaar en pas in de laatste reeks te Grobbendonk konden we de bovenhand halen op de andere sterke BLM-teams, waar vooral Walter Van Calster-Benny Clé tot op het einde titelkandidaat waren en we slechts zeer nipt de titel haalden. De Belgische BLM titel en de IMBA titel werden dus opnieuw gehaald, maar de FAM niet, daarin werden we 3de.
De winter van 1995 op 1996 werd ik voor de 3de keer geopereerd aan mijn gehavende linkerknie, maar ik was tijdig gereed voor het seizoen. De diverse wedstrijden werden weer fel gekleurd door duels met verschillende sterke teams zowel in België als bij de IMBA. De eerste IMBA wedstrijd in Meyel, vielen we de 3de reeks uit met motorpanne. In de volgende IMBA wedstrijden konden we onze achterstand snel ombuigen in voorsprong. In de FAM wedstrijd in Walcourt ging het ook weer mis. De eerste reeks in koppositie vielen we weer uit met een kapot motorblok. Dat verlies kregen we niet meer goed gemaakt in de FAM. Dat jaar werden we meermaals met motorpech geconfronteerd, we wonnen echter ook vaak en we haalden wel opnieuw de titel in BLM en IMBA. In de FAM opnieuw 3de.
Dan 1997. Ondertussen is de BLM de VLM geworden. Persoonlijk in de winter geen problemen maar motorfabrikant Zabel kwam met een nieuw onderblok. Veel topvermogen maar weinig kracht onderin en minder koppel. Dit motorkarakter paste niet zo goed bij mijn rijstijl en waren ook de oorzaak van minder goede starten. Soms greep ik daarom terug naar een blok van 1996 voor de belangrijkste wedstrijden. In de gewone wedstrijden reed ik wel met het nieuwe blok. We presteerden goed en stonden in alle klassementen aan de kop. Maar in Wommelgem, op 13 juli, in de start van de 2de reeks ging het mis. Ondanks het verzoek van meerdere zijspanteams, werd de eerste bocht niet gevlakt en die bocht lag vol sporen en bermen. Ik zat middenin het pak bij de start en in de eerste bocht ging het plots mis. Enkele zijspannen haakten in mekaar en wij kwamen daardoor ten val. Onmiddellijk voelde ik dat mijn linkersleutelbeen gebroken was. Ik werd weer door mijn neef Dr Rudy Nuyts geopereerd en een plaat werd op het sleutelbeen geplaatst voor fixatie. Ik weet niet meer zeker of de operatie op maandag dan wel dinsdag werd uitgevoerd, maar ik vermoed pas op dinsdag. Toen was het de volgende zondag 20 juli wel de volgende IMBA GP in Tsjechië! In 1991 had ik ook een sleutelbeenbreuk opgelopen kort voor een IMBA. Toen had ik na een goeie 14 dagen toch ook gestart. Nu was er echter maar 6 dagen tot de volgende race. In samenspraak met de dokter kregen we de toelating en besloten we om toch proberen te starten om de kansen op de IMBA titel indien mogelijk te behouden. De wonde was sterk gehecht en de schroeven van de plaat zaten goed vast zodat het mogelijk zou kunnen. Ik herinner mij nog dat de autorit naar Tsjechië mij bijzonder veel pijn bezorgde. Het had toen in Tsjechië enorm veel geregend en het parcours lag er zeer slijkerig bij. Tot verwondering van mijn tegenstanders kon ik toch starten. We hadden de wonde goed ingeplakt, een laag schuimrubber er op ter bescherming voor de steenslag en wat pijnstillers genomen. Het was niet zonder pijn maar ik kon rijden. Ik kon mijn linkerarm niet ver genoeg opheffen en daarom vroeg ik aan Danny om af en toe aan de roll-off van mijn bril te trekken want dat kon ik zelf niet. Gelukkig voor mij was het enorm modder op het parcours. Daardoor lag de snelheid laag en werd er niet gesprongen op de springheuvels. Het was echt technisch moeilijk om de baan rond te komen zonder vast te rijden, net één van onze sterke punten. De baan werd dan ook meermaals ingekort en er werden slechts 2 reeksen gereden. Tot iedereens verbazing konden we de eerste reeks winnen en ondanks een lekke achterband op het einde werden we 2de in de tweede reeks. Met eindoverwinning als onverwacht resultaat. Het duurde nadien nog verschillende weken eer ik weer terug voluit kon gaan, maar mijn seizoen was gered.
Met ons sterk team haalden we opnieuw de triple: VLM kampioen, FAM kampioen en IMBA kampioen.

(Foto Wommelgem 1997)

In 1998 liep Danny Goethals in mei een zware armbreuk op en was maanden out. Ik vond een vervanger bakkenist in de persoon van Eddy Schoppé, die echter de laatste jaren niet meer had gereden en op zijn beurt in juli in het Tsjechische Dalecin gekwetst werd. Op het einde van het seizoen kwam Danny terug in het zijspan. We werden nog 3de in het VLM en IMBA kampioenschap en 4de in FAM.
In 1999, nadat Danny Goethals wenste te stoppen met rijden, gingen we van start met Benny Van Den Bulck en behaalden we nog één zege in het EK IMBA op 23 mei in het Duitse Wisskirchen. We werden derde in het EK IMBA kampioenschap na Cremers -Eggers en Goovaerts-Verbrugge. In het VLM en FAM kampioenschap werden we 5de.
Mijn persoonlijk beste jaren waren voorbij en enkele jongere snelle zijspanteams namen de overhand.
In totaal ben jij (samen met je bakkenisten) recordhouder met 7 titels bij de IMBA zijspannen, enkel Marc Leysen-Jack Bax en Eddy en Ludo Somers wisten deze zegereeks te doorbreken.
Hoe kijk jij daar op terug ?
Ik kijk natuurlijk met grote tevredenheid en toch ook met een zekere trots terug op dat IMBA verleden. Samen met de 3 solotitels en de 7 zijspantitels heb ik 10 IMBA titels en ik denk dat het nog steeds een unicum is binnen de IMBA.
Indien ik de 2 jaar WK niet had gereden, wie weet had ik er nog ééntje meer kunnen halen?
Natuurlijk besef ik dat wereldtitels terecht hoger staan aangeschreven, maar eender welke titel behalen vergt toch heel wat inspanning, wilskracht, karakter en doorzettingsvermogen van de rijders en iedereen betrokken in het functioneren van het team. Je hebt daar zeker de hulp voor nodig van je familie en helpers. Dat waardeer ik ten zeerste de inzet van al deze mensen, want dat vroeg opofferingen. Het was niet altijd makkelijk, er waren tegenslagen die dan weer moesten overwonnen worden. Hier en daar waren er ook wel eens meevallers. Het bracht overwegend toch plezier en bijzondere niet alledaagse belevenissen in het leven die steeds in mijn herinneringen bewaard blijven. Eigenlijk als je er nu op terug kijkt, is dat ook met iets van verwondering over hoe dat allemaal kon lukken.
Wat sterk heeft bijgedragen aan de prestaties is dat ik mij voor meer bijzondere wedstrijden, vooral de IMBA, nog beter kon motiveren en er al wat mogelijk was voor deed om die wedstrijden voor te bereiden. Bijvoorbeeld de preparatie van de motor werd dan nog met meer aandacht zo goed als kon uitgevoerd. Vele IMBA wedstrijden werden ook verreden op harde omlopen in het buitenland, die beter pasten bij mijn meer technische rijstijl.
6 maal Belgisch Kampioen BLM 1990, 1991, 1994, 1995, 1996, 1997, weer weinige die deze palmares bijeen crosste ?
Ja ben ik ook gelukkig mee. Waren vaak hard bevochten titels omdat er talrijke sterke zijspanteams bij BLM reden. De startvelden waren toen bijzonder goed gevuld, met soms tot een dertigtal zijspannen. Als je dan vanop de 2de rij of met een minder gelukte start moest terug komen dat was zeker niet evident. Ik denk bijvoorbeeld aan 1994. Toen waren er een tiental potentiële winnaars bij de zijspannen.
Zeker tevreden met de Belgische titels want dat ontbrak nog, omdat ik in mijn solotijd er nooit in lukte om de Belgische titel te behalen. Vaak minder technische circuits die me niet lagen had daar zeker mee te maken, maar ook dat mijn prestatieniveau bij de solo volgens mij over het algemeen toch iets lager lag dan vergeleken met de zijspancross.
Zelfde verhaal ook als bij de IMBA. Voor de proeven kon ik meestal meer motivatie en voorbereiding opbrengen. Het teamwork was er zoals steeds ook even belangrijk voor.
Je werd 2 maal FAM Kampioen bij de zijspannen namelijk in 1994 en 1997, verliep het in deze wedstrijd het dan minder?
Bij de FAM wedstrijden bij de zijspancross had ik af en toe met pech af te rekenen en kon ik enkele jaren ook niet deelnemen. Toch 8 podiumplaatsen behaald. Een overzicht.
1988: één van de 3 wedstrijden geen punten door lekke banden in Weris. Toch nog 3de in de eindstand.
1989: 3de. Ondanks ontwricht sleutelbeengewricht na een val halfweg het seizoen.
1990: geen deelname FAM wegens communiefeest van mijn zoon op eerste FAM.
1991: sleutelbeen gebroken net voor eerste FAM. Verder geen deelname.
1992 en 1993: WK en dus geen deelname FAM mogelijk.
1994: 1ste
1995: valpartij en nulscore in St Lenaerts. Eindstand 3de.
1996: motorpech en nulscore in Walcourt. Eindstand 3de.
1997: 1ste.
1998: 4de . Eerste FAM gestart met invaller bakkenist Schoppé zonder voorbereiding.
1999 en 2000: 5de.
2001 en 2002: 3de.
2003: 10de.
2004: 2de.
2005: 9de. Op einde seizoen zware oogkwetsuur opgelopen in de garage. Daardoor laatste FAM niet kunnen deelnemen en kans op podiumplaats niet kunnen verdedigen.
2006: 2de en laatste FAM cross (van het seizoen en van mijn zijspancross) nog gewonnen.

(Foto Okegem 2001 Nuyts-Pyra)

Je sloot je zijspan carrière af in MCLB van 2000 tot 2006, echter een titel zat er hier helaas net niet in.
Wel werd je vijf keer 2de in het kampioenschap en paar keer derde, botste je daar op oa een sterke Jan Goethals-Dimitri Vandeursen?
Vanaf 1998-1999 bleek het dat ik over mijn top heen was en werd natuurlijk ook al wat ouder vergeleken met de toppers toen. Na het stoppen van Danny Goethals had ik in 1999 met Benny Van Den Bulck gereden maar die ging dan naar Govaerts. Persoonlijk was ik de zware omlopen van BLM ook beu en aangezien ik geen bakkenist had wou ik eigenlijk te stoppen.
Maar op aandringen van mijn vader ging ik een keer trainen met Leo De Feyter en we gingen in 2000 toch van start maar in MCLB. Daar kreeg ik ook wat meer financiële ondersteuning en deden we toch verder. We wonnen tot mijn verbazing enkele wedstrijden maar kwamen te kort tegen de top zijspannen in MCLB voor de titel, waarin we 3de eindigden.
In 2001 alweer met een nieuwe co-rijder met name Gunther Pyra in de MCLB en het lukte terug beter. We reden een sterk seizoen met harde duels vooral met Vanhoutte en haalden verschillende zeges. Maar moesten opboksen tegen de niet altijd sportieve teamstrategie van beton De Clercq. We waren niettemin ernstig titelkandidaat en enkel een val met kwetsuur tot gevolg besliste er anders over. We hadden enkel nog een 3de plaats nodig in de laatste reeks om de titel te halen. Maar die laatste reeks van de laatste proef ging het in de start mis. Titelconcurrent Vanhoutte reed in de eerste bocht na de start het stuur uit mijn handen met grote val voor ons tot gevolg. Met de nodige pijn probeerden we nog enkele ronden te rijden, maar ik geraakte in ademnood en moest gedwongen opgeven. Ik werd overgebracht naar het ziekenhuis in Ieper waar een klaplong werd vastgesteld. Dus in plaats van de titel kreeg ik enkele dagen een plaats in het ziekenhuisbed. Eindstand kampioenschap 2de.
In 2002 reden we opnieuw een sterk seizoen maar was het Jan Goethals-Dimitri Vandeursen die de titel haalden. Dus weer 2de in het BK MCLB en opnieuw 3de in het FAM Kampioenschap.
In 2003 lukte het iets minder goed en werden we in MCLB derde na Danny Vanhoutte-Dagwin Sabbe en Goethals-Vandeursen.
In 2004 met Christian Goossens reden we opnieuw een goed seizoen met meerdere overwinningen en 2de plaats in het BK MCLB na Vanhoutte-Vanparijs. Eveneens 2de in FAM Kampioenschap.
2005 wordt er team gevormd met Jean-Pierre Loos. Op het einde van het seizoen zijn we nog titelkandidaat maar gaat het mis in mijn werkhuis. Ik geraakte bij het werken aan de motor ernstig gewond aan het linkeroog doordat een scherpe metalen scherf binnen in het oog terechtkomt na de slag met een hamer op een doorslag. Ik ben onmiddellijk blind aan dat oog en werd de volgende dag dringend geopereerd in Leuven waar men er wonderlijk in slaagt om het oog te redden, zij het met enige blijvende hinder. Maar zoals de oogarts het toen zei, dat is zoals klagen over een gebroken been als je van de kerktoren naar beneden springt. Hij beweerde dat ik de lotto gewonnen had door mijn oog te behouden. Dus niet klagen dan maar. Het betekende dat ik de laatste proef BK en FAM natuurlijk niet kon rijden. Nog 2de in het BK na Sonny Vannieuwenhuyse-Dagwin Sabbe.
In 2006, op 51-jarige leeftijd, reed ik mijn laatste jaar als sidecarpiloot samen met de ervaren Bart Verbrugghe als bakkenist. We werden terug vice kampioen na het duo Vanhoutte-Vanparijs. Dat laatste jaar wonnen we nog 11 wedstrijden en werden eveneens 3de in het FAM Kampioenschap. In Grobbendonk op 22 oktober konden we de overwinning nog behalen in de laatste FAM-proef. En de zondag daarop konden we mijn laatste cross ook nog afsluiten met de overwinning.
In 2007 op de GP in Neeroeteren nog één keer gereden heb met Bart Verbrugghe in de nevenreeks. We werden er met een geleende BSU-KTM viertakt 7de.
Ik heb ook enkele crossen met een geleende motor nog heb gereden bij de “mechaniekerscrossen”, o.a. in 2007 in Pulderbos met Danny Goethals en later met Leo De Feyter in de jaren 2009 tot 2012.
Dank en Respect voor materiaal en helpers
Eddy reed met volgende zijspancombinaties:
Begin 1988 met VMC-HONDA. Rest van 1988 en 1989 met EML-JUMBO.
Van 1990 tot en met 2003 EML-ZABEL.
2004 tot 2006 met VMC-ZABEL.
Ik had het geluk om steun te mogen ontvangen van mijn ouders, verschillende motorclubs, een aantal materiaalsponsors en mijn laatste jaren ook van teams. In de loop der jaren verschillende, in dit kader teveel om op te sommen. Dit maakte het onkostenplaatje wat minder. Daarvoor ben ik deze allemaal zeer erkentelijk.
Ik verzorgde de publiciteit van de sponsors zo goed ik kon en onderhield ook de sociale contacten met deze personen. Zodoende kon ik blijven rekenen op deze ondersteuning.
Mijn vader was mijn grootste steun. Hij was echter hartpatiënt en vooral op de sukkel de jaren dat ik GP reed. Toen kon hij er vaak niet bij zijn omwille van gezondheidsproblemen. In 1994 kreeg hij een ruilhart en ging het nadien terug wat beter, ondanks vele onderzoeken en nevenverschijnselen. Hij kon de IMBA periode er terug bij zijn ook in het buitenland. We genoten van die buitenlandse trips. Hij zorgde samen met mijn moeder ook voor de “logistiek”. Regelmatig reden zij samen naar Zabel (in Oost-Duitsland niet ver van Berlijn). voor onderdelen voor het blok. Of naar Nederland voor afhalen materiaal bij de sponsors. Mijn vader overleed in 2007, het eerste jaar dat ik gestopt was met de cross. Cross was ook zijn leven.
In oktober 1988, dus op het einde van mijn eerste seizoen bij de zijspannen, begon ik aan de opleiding politieagent. Dus oefende ik dat beroep uit in praktisch heel mijn zijspancrosstijd. De combinatie was niet altijd makkelijk. De meeste van mijn verlofdagen besteedde ik aan de motorcross. Dus op vakantie naar het buitenland dat zat er praktisch nooit in. Praktisch alle tijd ging in de motorcross. Door weekenddiensten moest ik geregeld crossen missen. Ik moest ook vaak regelen en wisselen met collega’s om te kunnen rijden. Vaak ging ik na een nacht shift (niet geslapen tijdens de shift, in tegenstelling tot wat velen denken) toch nog crossen. ’s Morgens thuis komen, een andere broek aantrekken en naar de cross. Mijn helpers waren al vroeger vertrokken met de camionette en hadden alles al klaar staan. Meestal miste ik dan de training, deed 1 oefenrondje en dan de wedstrijd in. In de wedstrijd met de spanning en adrenaline kon ik me goed concentreren maar tussen de reeksen door was ik wel moe. En ’s avonds thuis dan was ik kapot.
Ik had wel wat helpende handen om het zijspan te onderhouden. Maar toch was het enkele avonden per week vrij laat in het werkhuis. Vooral maandag en donderdag was het vaak 2 uur ’s nachts. Mijn week zag er doorgaans zo uit (behalve als ik andere shiften moest draaien). Maandagavond de moto kuisen en demonteren wat nodig was. Dinsdagavond naar de fitness en als het nodig was (wat regelmatig voor kwam) bracht ik het blok naar Fons Van Opstal voor onderhoud of reparatie. De Zabel bleef meestal slechts 2 à 3 crossen in mekaar zonder demonteren (bij BLM dan, in de GP nog minder). Woensdagavond ander werk. Zoals b.v. vering onderhouden (ik heb vanaf 1983 steeds mijn eigen schokdempers gereviseerd en afgesteld). Donderdagavond fietstraining en daarna met de helpers het zijspan terug zo ver mogelijk monteren. Vrijdagavond eventueel andere klussen of anders rust. Zaterdag laatste werkjes en voorbereidingen (bv benzine, camionnette in orde zetten,…) opladen en meestal ’s avonds naar de cross vertrekken (tenzij ik nog moest werken natuurlijk). Zondag wedstrijd. En zo verder een heel seizoen.
Ik wens al de bakkenisten waarmee ik gereden heb bedanken voor hun inzet.
Tevens ben ik mijn ouders, mijn vrouw en al de helpers die in de loop der jaren zich hebben ingezet voor ons team ook enorm dankbaar.
Palmares van Eddy in de zijspancross
1989 Eddy Nuyts / Wilfried Somers België BLM
1990 Eddy Nuyts / Perry van Geloven België – Nederland BLM
1991 Eddy Nuyts / Wilfried Somers / Perry van Geloven België – Nederland BLM
1994 Eddy Nuyts / Danny Goethals België BLM
1995 Eddy Nuyts / Danny Goethals België BLM
1996 Eddy Nuyts / Danny Goethals België BLM
1997 Eddy Nuyts / Danny Goethals
1988 tot 1991: BLM zijspan.
1988: met Perry Van Geloven (NL) in het zijspan.
– 2° plaats Belgisch Kampioenschap
– 3° plaats FAM
(Tweede knieoperatie).
1989: met Perry Van Geloven (NL) in het begin van het seizoen gekwetst geraakt, nadien vervangen door Wilfried Somers in het zijspan:
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA
– 2° plaats FAM.
1990: met Perry Van Geloven (NL) in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
1991: met Perry Van Geloven (NL) in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
– 1° plaats Strandrace Scheveningen.
(Ondanks sleutelbeenbreuk in het seizoen. Mits operatie slechts 2 weken niet gereden).
1992 tot 1993: BMB Zijspan + WK.
1992: met Perry Van Geloven (NL) in het zijspan
– 12° plaats FIM Wereldkampioenschap (beste uitslag = 3de in GP België).
– 2 ° plaats BMB Belgisch Kampioenschap
– 1° plaats strandrace Hoek van Holland.
1993: met Gunther Verbrugge in het zijspan (de broer van Sven).
– 24° plaats FIM Wereldkampioenschap.
(Zware schouderkwetsuur dat seizoen).
1994 tot 1999: BLM (VLM) Zijspan.
1994: met Danny Goethals in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 1° plaats FAM Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
(Ondanks armbreuk in het voorseizoen).
1995: met Danny Goethals in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 3° plaats FAM Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
(derde knieoperatie)
1996: met Danny Goethals in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 3° plaats FAM Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
1997: met Danny Goethals in het zijspan.
– 1° plaats Belgisch Kampioenschap.
– 1° plaats FAM Kampioenschap.
– 1° plaats Europees Kampioenschap IMBA.
(Ondanks sleutelbeenbreuk één week voor een IMBA GP. Mits operatie toch gereden!).
1998: met Danny Goethals begonnen die armbreuk opliep in het begin van het seizoen, tijdelijk met Eddy Schoppé en Benny Van Den Bulck als vervanger gereden. Op het einde van het jaar terug met Danny Goethals.
– 3° plaats VLM kampioenschap.
– 4° plaats FAM kampioenschap.
– 3° plaats IMBA kampioenschap.
1999: met Benny Van Den Bulck in het zijspan.
– 5° plaats VLM kampioenschap.
– 5° plaats FAM kampioenschap.
– 3° plaats IMBA kampioenschap.
2000 tot 2006: MCLB zijspan.
2000: met Leo De Feyter in het zijspan.
– 3° plaats MCB kampioenschap
– 5° plaats FAM kampioenschap
2001: met Gunther Pyra in het zijspan.
– 2° plaats MCB kampioenschap
– 3° plaats FAM kampioenschap
2002: met Gunther Pyra in het zijspan.
– 2° plaats MCLB kampioenschap
– 3° plaats FAM kampioenschap
2003 met Gunther Pyra in het zijspan (einde seizoen met Christiaan Goossens)
– 3° plaats MCLB kampioenschap
2004: met Christiaan Goossens in het zijspan.
– 2° plaats MCLB kampioenschap
– 2° plaats FAM kampioenschap
2005: met Jean-Pierre Loos in het zijspan.
– 2° plaats MCLB kampioenschap
Oogkwetsuur Eddy eind augustus maakte voortijdig einde aan het seizoen.
2006: met Bart Verbrugghe in het zijspan.
– 2° plaats MCLB kampioenschap
– 3° plaats FAM kampioenschap
– laatste wedstrijd op 29/10/2006 gereden en gestopt met motorcross.
Voor de statistieken (als ik goed geteld heb):
Totaal aantal wedstrijden gereden tot 31/12/2006: 1.510.
Gewonnen wedstrijden: 347.
– 3 maal IMBA Kampioen solo: 1981, 1982, 1986.
– 7 maal IMBA Kampioen zijspan: 1989, 1990, 1991, 1994, 1995, 1996, 1997.
10 IMBA titels in totaal en zowel in solo- als zijspanklasse: beide zijn unicums tot nu toe!
– 2 maal FAM Kampioen zijspan: 1994, 1997.
– 6 maal Belgisch Kampioen BLM zijspan: 1990, 1991, 1994, 1995, 1996, 1997.
– 2 maal Strandrace gewonnen: 1991, 1992.
Buiten de vermelde titels, zijn er nog 32 podiumplaatsen behaald in Belgische en Europese Kampioenschappen.
(Tekst Luc Driesen/Eddy Nuyts/Uitslagen BMB  Gilbert Bruynooghe/Marnix Vanslembrouck)
Tekst : Eddy Nuyts 24 april 2020